Wetenschappers zijn verdeeld over de mate waarin het Europese onderzoek op het gebied van kunstmatige intelligentie moet worden geconcentreerd in een centrale faciliteit, aangezien Brussel een centrum creëert dat gelijkwaardig is aan de rol van Cern in de nucleaire wetenschap.
Aangezien Europa op het gebied van AI-onderzoek door Azië en Noord-Amerika wordt uitgegeven, heeft de Europese Commissie gewaarschuwd dat het continent zich “niet kan veroorloven het huidige gefragmenteerde landschap in stand te houden”, waarin geen enkel onderzoekscentrum “de omvang heeft die nodig is om te kunnen concurreren met de toonaangevende instituten in de wereld”.
Om dat te verhelpen wil Brussel dat Europa een “vuurtorencentrum voor onderzoek, innovatie en expertise” krijgt dat een “wereldreferentie van uitmuntendheid in AI” wordt die “de beste talenten op dit gebied” herbergt.
Desalniettemin zei Holger Hoos, hoogleraar machinaal leren aan de Universiteit Leiden, dat het document een stap was in de richting van het creëren van een AI-equivalent van Cern – een doel van de Confederation of Laboratories for Artificial Intelligence Research in Europe (Claire), die bij beleidsmakers in Brussel heeft gelobbyd om zo’n onderzoekspool te ondersteunen.
“Kritische massa” is het woord dat ons echt bevalt,” zei Professor Hoos, een van Claire’s oprichters. “Je moet echt heel Europa integreren.”
Claire voorziet een Cern-achtig instituut voor maximaal 800 onderzoekers, legde hij uit. “Als je daar bent, ben je omringd door de topmensen,” zei hij.
Maar sommige onderzoekers hebben betoogd dat een meer gedistribueerd netwerk een betere optie zou zijn.
Claire steunt een centrale hub naast een Europees netwerk. Om te kunnen concurreren met mensen als Google, “moet je soms gewoon de juiste mensen bij elkaar krijgen”, zei Professor Hoos, die het Witboek van de commissie ziet als een bevestiging van haar strategie.
Een andere groep, het Europees Laboratorium voor Leren en Intelligente Systemen (Ellis), wil daarentegen een “netwerk van excellentie”, dat meer lijkt op het Europees Laboratorium voor Moleculaire Biologie, dat meerdere laboratoria in het hele continent heeft, legde Nuria Oliver, een computerwetenschapper en bestuurslid van Ellis, uit.
“Op dit moment worden zoveel behoeften aan innovatie onder het label AI geplaatst dat er geen manier is om ze met één enkele organisatie aan te pakken”, waarschuwde Daniela Diaconu, de wetenschappelijke coördinator van Ellis.
Een van de uitdagingen zou zijn om te beslissen waar een dergelijk centrum moet worden gevestigd, omdat de lidstaten van de Europese Unie zouden kunnen vrezen dat een centraal continentaal knooppunt hun eigen nationale AI-onderzoeksstrategieën zou ondermijnen.
Claire’s oplossing zou zijn om stages in de hub tijdelijk te maken, legde professor Hoos uit. Het zou geen vaste academici in dienst nemen, maar alleen ondersteunend personeel en computerfaciliteiten bieden. In ruil voor aanzienlijke onderzoeksbeurzen zouden de belangrijkste AI-geleerden van het continent ermee instemmen om een deel van hun tijd in de hub door te brengen, maar zonder zich volledig te verplaatsen van hun thuisland.
Angstige Europese AI-onderzoekers hebben gewaarschuwd dat de investering van het continent achterblijft bij die van de VS en China, en dat de vooruitgang wordt belemmerd door het weglekken van talent naar technologiebedrijven in de VS, zoals Google.
Volgens de commissie heeft Europa in 2016 3,2 miljard euro (2,7 miljard pond) geïnvesteerd in AI-onderzoek en -innovatie, ongeveer de helft van de uitgaven van Azië (6,5 miljard euro) en nauwelijks meer dan een kwart van de uitgaven van Noord-Amerika (12,1 miljard euro).
Tags : #ArtificialIntelligence, #latestNewsAI, #researchAi, #Robotics, amsterdam, Artificial Intelligence, machine learning